zondag 26 februari 2012

HAN BENNINK IN BELVÉDÈRE


In het Friese Heerenveen vind je het museum Belvédère.
Het is schitterend gelegen in een - nu nog winters kaal en leeg - park.
Dwars over het water doorklieft het gebouw het landschap.
Je kijkt er van voor naar achter doorheen.

Dit mooie museum had een tentoonstelling over Han Bennink georganiseerd.
Bij de opening op zaterdag 25 februari speelde het ICP Orkest met Han Bennink op drums, Misha Mengelberg piano, een violiste, een cello, een bas en vijf blazers.
























Er werd gesproken door de museumdirecteur, de burgemeester (hij zei: 'Heerenveen, stad van sport en cultuur') en door Han zelf. Het werd een prachtige middag.













De tentoonstelling was gewijd aan de andere artistieke kant van Han:
zijn schilderijen, tekeningen en objecten.
Ze hadden een deel van zijn huis 'nagebouwd'. Je zag hoekjes van zijn huiskamer vol verzamelingen en curiositeiten en speelgoedauto's met kwasten.
Maar natuurlijk stond er ook een hele collectie trommels en trommeltjes - op de muur erachter een serie portretten van Han Bennink door fotograaf Pieter Boersma.


























Om het uitstapje naar het verre Friesland compleet te maken besloten we een nacht te blijven in hotel Tjaarda in Park Oranjewoud bij Heerenveen. Een vriendelijk en comfortabel hotel, met zelfs een zwembad.
Het restaurant biedt volgens de Michelin-gids ´een verfijnde ambiance en keuken met aantrekkelijke gerechten en een hedendaagse uitstraling´.
Dat bleek niet te kloppen.

Ze lieten ons langer dan een uur op de voorgerechten wachten. De ´parma ham´ leek meer op pancetta. De risotto-croquetjes konden er wel mee door.
Maar de hoofdgerechten waren ronduit gênant. Als 'entrecôte' kreeg mijn man drie taaie lapjes voorgezet, die eerder halfgaar dan (zoals besteld) saignantwaren. De 'parelhoen' bestond uit drie geprefabriceerde plakjes.
Het ontbijt was helemaal een aanfluiting, met droog en korrelig fabrieks-roerei.




























Tot slot nog een doorkijkje naar het museum en aan de andere kant een typisch Fries landhuis.


zondag 12 februari 2012

DE WEEK VAN DE VUIJSJES


De kranten en weekbladen stonden er vol mee.

Donderdag 2 februari presenteerde Robert Vuijsje zijn nieuwe roman Beste vriend.
Robert Vuijsje, de oudste zoon van mijn man, links met uitgever Vic van de Reijt (Nijgh & Van Ditmar).

Robert offreerde het eerste exemplaar aan zijn jongensidool Jan Cremer.













Dinsdag 7 februari presenteerde Marja Vuijsje haar boek
Ons kamp, een min of meer joodse geschiedenis (Uitgeverij Atlas).
Opnieuw was een groot deel van de familie Vuijsje bijeen.

Marja reikte twee eerste exemplaren uit: aan Willy Vuijsje - de oudste van de tweede generatie, die de oorlog nog heeft meegemaakt - en aan neef Michael Vuijsje, die tot de jongste Vuijsjes behoort.














Daarna was er nog een gezellige bijeenkomst bij Marja thuis met kippensoep en boterkoek en gemberbolussen.











Vanuit Marja's huis heb je een formidabel uitzicht. Amsterdam bij nacht op z'n best.











Omdat Willy Vuijsje speciaal uit Anacortes (bij Seattle) was gekomen, gaf ik op vrijdagavond een etentje voor haar en Marja en een paar familieleden.
We aten een Hollandse maaltijd van gerookte zalm en eitjes, ossenlapjes met aardappels en bietjes en sla, en pudding toe.